Bel ons voor info 0294 - 74 50 70

Nieuws item

“Zo snel mogelijk schop de grond in”

Foto: Barli

Minister Ollongren wil dat de schop snel de grond ingaat om 51.000 woningen binnen 27 projecten te realiseren. Snelheid wordt daarbij verhoogd door industriële bouwmethoden in te zetten.

De rijkoverheid heeft 290 miljoen euro beschikbaar gesteld om ruim 51.000 woningen snel te kunnen realiseren. Gemeenten en provincies dragen 331 miljoen euro bij. De woningen kunnen nu versneld gebouwd worden, zijn betaalbaarder of er komen er meer dan oorspronkelijk gepland. De bouw van het merendeel van de projecten start al in 2021. Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: “Het is goed om te zien dat het zoveel gemeenten is gelukt om in korte tijd een kwalitatief goede aanvraag in te dienen die de toets kan doorstaan. Ruim 51.000 woningen erbij is een stevige bijdrage om het woningtekort in te lopen. Om starters en mensen met lagere inkomens meer kansen op de woningmarkt te geven moeten er sneller en meer betaalbare woningen gebouwd worden. En dit is nog maar een eerste deel van de toewijzingen die ik ga doen.”

Het gaat om projecten die zonder financiële impuls niet van start kunnen gaan doordat er een publiek financieel tekort is. Dat tekort komt door het grotere aandeel betaalbare woningen en door maatregelen die nodig zijn om de bouw van woningen mogelijk te maken. Het gaat dan bijvoorbeeld om het saneren van grond, het uitplaatsen van bedrijven, het goed inrichten van de openbare ruimte of het zorgen voor een goede ontsluiting met het openbaar vervoer.

Van de 51.000 woningen die gebouwd gaan worden, valt 65% in de categorie betaalbaar (32.579 woningen). Dit zijn woningen bedoeld voor de sociale huursector, middenhuur en betaalbare koopwoningen. Veel projecten hebben daarnaast speciale aandacht voor woningen voor starters, senioren, studenten en aandachtsgroepen. De projecten zijn verdeeld over het land, waarbij 21 projecten zich bevinden in de woondealregio’s met projecten in onder andere Den Haag, Utrecht en Arnhem/Nijmegen. Dat zijn de regio’s waar de minister al eerder afspraken mee heeft gemaakt over de uitbreiding van de woningbouw. Daarnaast krijgen projecten in Alkmaar, Breda, Deventer, Enschede, Harderwijk en Hoorn een bijdrage uit de woningbouwimpuls. Ook het type projecten is divers. Zo wordt in Rijswijk een verouderd winkelcentrum getransformeerd tot woon-werklocatie met 1.400 woningen, worden in het stationsgebied van Nijmegen 670 huizen bijgebouwd en in Eindhoven gaat het om een project met 700 tijdelijke woningen.

Conform de huidige situatie dat een groot deel van de nieuwbouwwoningen off-site wordt gebouwd, zal dit waarschijnlijk ook gaan gelden voor de 51.000 woningen. Zeker nu er extra aandacht is voor de snelheid van realisatie.

Ga terug