Circulair bouwen - In Holland groeit een huis
Nieuws
Tot 2030 moeten er in ons land zo’n 900.000 woningen worden gebouwd. Maar hoe krijg je die enorme woningbouwopgave voor elkaar zonder de CO2- en stikstofnormen te overschrijden? Woningen van biobased-materialen die op geïndustrialiseerde wijze worden geproduceerd kunnen daar een belangrijke rol in spelen. Met Ron Oorschot van TNO en Henk Visscher van Startblock nemen we alvast een kijkje in de duurzame toekomst van de bouw.
De noodzaak om anders te gaan bouwen, sneller en met meer aandacht voor duurzaamheid en circulariteit, hangt boven de markt. Als dit interview plaatsvindt, is net het eerste deel van het kennis- en innovatieprogramma Emissieloos Bouwen afgerond. 98 partners hebben in 21 deelprojecten laten zien hoe je met biobased-materialen en geïndustrialiseerde prefab bouwconcepten en emissies en bouwtijden kunt reduceren. TNO heeft het programma als penvoerder geleid en de partners met kennis en ervaring ondersteund.
“Ik merk dat niet alleen start-ups en andere jonge, kleine bedrijfjes met deze nieuwe bouwmethoden bezig zijn, heel veel ondernemers in de bouw zijn intrinsiek gemotiveerd om het anders te doen.” Ron Oorschot werkt als business developer houtbouw en biobased bij TNO samen met marktpartijen aan het daadwerkelijk realiseren van deze nieuwe bouwmethoden.
Juiste materiaal op de juiste plaats
Om emissies te beperken en klimaatverandering tegen te gaan, moet er volgens Oorschot veel meer met biobased-materialen worden gebouwd. “Het gaat er vooral om hoeveel energie er nodig is om grondstoffen om te zetten in bouwmaterialen”, legt Oorschot uit.
“De productie van beton en baksteen gaat gepaard met een hoge CO2-uitstoot. In hout is juist CO2 opgeslagen, en tijdens de groei nemen biobased-materialen CO2 op uit de lucht. Bij TNO pleiten we ervoor om het juiste materiaal op de juiste plaats te gebruiken. De meest optimistische schattingen zijn nu dat in 2030 tussen de twintig en dertig procent van de woningen met biobased materialen worden gebouwd. We zijn ook niet tegen beton, maar je moet het gericht toepassen, bijvoorbeeld in funderingen. Je kan discussiëren over de begane grond vloer, maar daarboven, en tot vier, vijf bouwlagen kan het allemaal in biobased-materialen worden uitgevoerd. In Noorwegen worden zelfs al gebouwen van twintig etages in hout gerealiseerd.”
Huizen bouwen als auto’s
Ook in ons land wordt houtbouw steeds vaker toegepast en ontstaan innovatieve houtbouwconcepten volgens een geïndustrialiseerd proces. Een daarvan is Startblock, een jong bedrijf opgericht in 2019 met als doel om op grote schaal betaalbare, compacte woningen zonder emissies te produceren. Uniek is dat de woningen volledig in een productiestraat worden geproduceerd én geassembleerd.
Henk Visscher, directeur Productie en Inkoop: “In onze fabriek schuift de woning elke dag een stap op, waarbij we zoveel mogelijk proberen te automatiseren en standaardiseren, eigenlijk net als in een autofabriek. Dat scheelt heel veel transport naar de bouwplaats, en dus emissies. Bij een regulier bouwproject heb je het al gauw over honderd transportbewegingen. Wij maken de woningen zo ver mogelijk af in onze fabriek, met onze mensen die allemaal in de buurt wonen. Met ons concept heb je één keer een transport, en één keer een kraan die zes woningen plaatst.”
Woning slimmer kantelen
Omdat een assemblagelijn voor woningen nog niet bestond, moest Startblock vaak zelf het wiel uitvinden. “We zijn de eersten in de markt met zo’n geïndustrialiseerd productieproces, dus op alle fronten moeten we heel veel tijd en geld investeren in research”, vertelt Visscher. Zo werd er een uniek kantelmechanisme bedacht om de woning rechtop of plat te leggen. “Het casco van de woning wordt liggend gebouwd, maar de keuken, badkamer en installaties monteren we staand. En voor transport wordt de woning weer op zijn rug gelegd.”
Veel tijd en energie is gaan zitten in het efficiënter inrichten van het productieproces. Visscher: “De grootste winst is behaald door alle takt-tijden in kaart te brengen, dus de tijd die nodig is voor iedere stap om de woning te bouwen. Door onze kennis met die van TNO te combineren, kunnen we sneller produceren. Aanvankelijk bouwden we een woning per week, inmiddels zijn dat er vier, en ons doel is uiteindelijk zes.”
Regelgeving loopt achter
De Startblock-woningen worden nu voor het grootste deel gemaakt van CLT-hout, kruiselings verlijmd hout. Visscher: “Per woning zo’n 22 kuub. Onze ambitie is om uiteindelijk nog meer biobased-materialen toe te passen, ook voor dak en gevels.” Ook Oorschot ziet nog uitdagingen en mogelijkheden om woningen duurzamer te produceren. “We staan aan de vooravond van de overstap naar biobased isolatiematerialen. In de nabije toekomst kunnen we ook grote stappen zetten met dak- en gevelbekleding. Maar de grootste uitdaging is om installaties biobased te krijgen. Daarom pleiten wij ervoor om minder of kleinere installaties toe te passen. In de slaapvertrekken is vaak helemaal geen verwarming nodig, daar kun je volstaan met een infraroodpaneel. Maar het Bouwbesluit laat dat nu nog niet toe.”
Henk Visscher beaamt dat de regelgeving vaak nog onvoldoende rekening houdt met duurzame bouwmethodes. “Voor een compacte woning tellen de installaties in het Bouwbesluit relatief zwaar mee met als resultaat een lage score op MPG (MilieuPrestatie Gebouwen, red.). We zijn wel bezig met nieuwe, kleinere installatieconcepten voor onze compacte woningen, waarvoor ook minder grondstoffen nodig zijn.”
Starten in een Startblock
Als we in een tijdcapsule naar 2030 konden reizen, hoe ziet de bouwwereld er dan uit? Henk Visscher: “Om te beginnen zullen er meerdere woningfabrieken staan zoals Startblock, waar dagelijks tientallen woningen uit de fabriek rollen. De compacte biobased grondgebonden woning, voor een- of tweepersoonshuishoudens, is in 2030 heel normaal. Het is breed geaccepteerd dat je start met een compacte woning en later naar behoefte doorgroeit naar een grotere.”
Daarnaast voorziet Ron Oorschot dat ook andere type woningen biobased worden gebouwd. “Het is normaler om in gestapelde woningen te wonen, drie, vier, vijf verdiepingen hoog, van biobased-materiaal. Die kunnen gemaakt zijn van complete units die in een fabriek als die van Startblock worden gemaakt en op de bouwlocatie op elkaar zijn gestapeld.”
Wonen in stro
Naast hout kunnen we ook tal van andere duurzame of zelfs circulaire materialen in onze woning verwachten. Oorschot. “De markt voor bio-based materialen is volop in ontwikkeling. Er zullen opschalingsprogramma’s komen voor Nederlandse boeren om grondstoffen voor de bouwindustrie te produceren. Daarbij kun je denken aan vlas of hennep. Die materialen worden geperst tot biocomposieten, die je in alle mogelijke vormen en kleuren kunt toepassen. Bovendien hebben ze uitstekende isolerende kwaliteiten.”
Dat deze materialen veelbelovend zijn, bewijst Strotech, één van de andere deelprojecten binnen Emissieloos Bouwen, dat inmiddels geveldelen produceert van stropanelen. Niet alleen in de materialen wordt de komende jaren een slag gemaakt, maar ook in efficiency van de producten en bouwmethodes. Henk Visscher: “Leveranciers denken beter na over grondstoffen en afvalstromen. Circulariteit wordt nog belangrijker. Zo gebruiken we straks circulair beton voor funderingen, en hout is vaker afkomstig van reststromen.”
Technologisch kan het
Terug naar het hier en nu. Nederland heeft inmiddels al een productiecapaciteit van ongeveer 20.000 biobased prefab woningen. Toch wordt het nog maar mondjesmaat toegepast. Wat is er nodig voor een echte doorbraak? Ron Oorschot: “Laat ik voorop stellen: aan de technologie ligt het niet. Met Emissieloos Bouwen hebben we overtuigend laten zien hoe groot de innovatiekracht is in ons land. De opschaling is een uitdaging. We hebben uiteindelijk in Nederland nog veel meer Startblocks nodig om de bouwopgave te realiseren. Maar voor een scherpe kostprijs en goede economische perspectieven moet de vraag flink worden aangezwengeld. De rente is momenteel een uitdaging, evenals de gronduitgifte en aanleg van infrastructuur. Daarnaast moet er kritisch naar wet- en regelgeving worden gekeken om dit soort bouwconcepten een eerlijke kans te geven. Want onze commitment om Paris-proof te zijn in 2050, vereist dat we vandaag beginnen met een andere manier van bouwen.”
Bron: tno.nl